Disclaimer: Deze blogpost gaat over een van mijn gedachtekronkels over verhalen in het algemeen. Ik zet in dergelijke blogpost ideeën op papier niet omdat ik denk dat het een super-originele of briljante gedachte is maar omdat ik het voor mezelf op papier wil hebben. En als ik het toch op papier zet kan ik het net zo goed als blogpost op het internet zetten.
Spanningsbogen. Er wordt veel over geschreven. Een goed verhaal, zo luid het devies, kan immers niet zonder spanning, zonder plot. Toch wordt dan regelmatig dat meesterwerk van de Nederlandse literatuur,
De Avonden van Gerard Reve, aangehaald als een uitzondering. Het is dus klaarblijkelijk mogelijk een goed verhaal te schrijven zonder noemenswaardige spanningsboog De vraag is dus, wat heeft een verhaal wel nodig?
Ik denk dat het antwoord vrij simpel is: wat een verhaal nodig heeft is een reden voor de lezer om verder te lezen. Om het anders te formuleren: een verhaal beloont de lezer op de een of andere manier voor het verder lezen. Bij een spanningsboog is die beloning de volgende plottwist en de momenten dat de opgebouwde spanning tot uitbarsting komt. Er zijn echter meer beloningen die een verhaal kan geven, meer redenen om verder te lezen. Bij
De Avonden, bijvoorbeeld, is het de humor.
De Avonden is een heel komisch boek, vol gortdroge en zeer flauwe humor, waarbij uiteindelijk de clou is dat er geen ruft gebeurt. Ik las dat boek dus voor die volgende flauwe grap, droge observatie, of lompe opmerking. Nu helpt het ook dat Reve fantastisch kan schrijven. Dat is ook een valide manier waarop een verhaal de lezer kan belonen en verleiden tot verder lezen: die volgende magistrale zin.
Binnen fantasy en sciencefiction kan de wereldbouw ook een beloning zijn. Een verhaal kan weinig spanning hebben of een clichématige spanningsboog en niet bijster goed geschreven zijn maar zijn lezers belonen met dat volgende prachtige idee, dat nieuwe aspect van de wereld. Dit viel mij bijvoorbeeld op met
The Three-Body Problem van Cixin Liu. Er zit wel een spanningsboog in, maar tijdens het lezen draaide het voor mij echt om de duizelingwekkende sciencefictionideeën en de filosofische en praktische implicaties daarvan. Daar wilde ik meer van zien dus las ik door. De climax van het boek is dan ook geen spannende actiescène maar de onthulling van een sciencefictionconcept dat alles op zijn kop zet.
Sommige schrijvers zetten personages neer waardoor je door wil lezen. Neem bijvoorbeeld
De Aarde Blijft Altijd Bestaan van George Stewart. Stewart ontwijkt doelbewust alle dramatische scenes. Geweld en mensen die op tragische en gruwelijke wijze sterven zitten wel in het verhaal, maar het wordt niet beschreven, het blijft
off-camera. Dat werkt want verhaal gaat daar niet over, het gaat over het leven van Ish en de kleine gemeenschap om hem heen. De beloning zijn de persoonlijke momenten die de personages met elkaar beleven. Ook Becky Chambers’ Wayfarer-serie zijn hier een voorbeeld van. Haar boeken zijn niet verstoken van spanning, maar die staat op de achtergrond, en draait het om de personages en hun interactie. Dat zie je het sterkst in haar meest recente roman
Record of a Spaceborn Few. Zij zoekt daarin doelbewust naar de persoonlijke moment in de periferie van de traditionelere plotpunten. De lezer wordt beloont met die persoonlijke momenten en de climax van het verhaal in zowel
De Aarde Blijft Altijd Bestaan en
Record of a Spaceborn Few is dan ook een persoonlijk, intiem en emotioneel moment.
Er zijn dus meerdere beloningen (meer dan de hierboven genoemde voorbeelden) die je een lezer kan geven om hen aan te zetten door te lezen. De complicatie daarbij is dat verschillende lezers anders reageren op verschillende beloningen. De reden dat sommigen zeggen “maar er gebeurt zo weinig” over verhalen met een meer literaire insteek is omdat het beloningsmodel waar die op inzetten, die volgende mooie zin, voor hen niet werkt. Dit zie je mooi in het commentaar dat J. Sharpe leverde op het werk van Auke Hulst:
Als voorbeeld: de boeken van meneer Hulst zijn literair en goed geschreven, maar ik kom niet door zijn boeken heen. Er gebeurt te weinig en er zit geen vaart in.1
Het werk van Hulst, of althans het boek dat ik van hem gelezen heb,
Slaap Zacht Johnny Idaho, moet het inderdaad meer hebben van de schrijfstijl en minder van het plot. Dus als je als lezer een strakke spanningsboog verwacht dan kom je bedrogen uit.
Een ander mooi voorbeeld is te zien in recensie van de Philip K. Dick verhalenbundel “Elektronische Dromen” van Enno de Witt.
Dat hele gefilosofeer over wat ons menselijk maakt et cetera, et cetera, dat zal allemaal wel, geniet ervan als het jouw ding is, leven en laten leven, de wereld is groot genoeg, maar bij fictie is er maar één ding wat telt en dat is of het goed geschreven is of niet, en dat zit ook bij deze vroege Dicks wel goed.2
Dat gaat volledig voorbij het punt dat voor sommige lezers dat gefilosofeer ook een deel is van wat zij “goed geschreven” vinden, waarom ze voldoening krijgen uit een verhaal. Zowel Sharpe als De Witt hebben dus, afgaande van deze citaten, wat mij betreft een beperkte kijk op wat een verhaal goed kan maken. Ik kan me makkelijk voorstellen dat Sharpe
De Avonden geen goed boek zal vinden en De Wit
The Three-Body Problem zal verafschuwen. Dit is uiteraard een aanname van mijn kant. Maar indien dat het geval zou zijn dan zouden ze daar allebei, vanuit hun perspectief gezien, gelijk in hebben want die boeken voldoen niet aan hun verwachtingen. Die verhalen geven hen niet datgene wat ze nodig hebben om verder te lezen.
De reden dat een spanningsboog sterk aangeraden wordt, vooral aan beginnende schrijvers, is omdat een spanningsboog enigszins te kwantificeren valt. Je kan kijken naar een bestaand verhaal, de spanningsboog beschrijven en daarop een eigen verhaal bouwen. Dat is met de andere beloningsmodellen die ik hier heb genoemd nogal anders. Niet iedereen is grappig en dat kan je ook niet zo een-twee-drie aanleren. Een schrijfstijl valt aan te werken, maar komt voor weinig mensen makkelijk of natuurlijk. Niet ieder idee is goed, niet iedere wereld interessant, de een kan wel personages neerzetten waar je over wil lezen, en zo voorts. Dat zijn allemaal aspecten waar je wel aan kan werken, die je kan oefenen. Maar je moet van goeden huize komen, of veel ervaring hebben, wil je er een roman op kunnen en durven bouwen. Uiteraard moeten de meeste verhalen, waaronder de boeken die hier genoemd zijn, het niet hebben van één soort lezersbeloning, maar van meerdere. Een spanningsboog, een strak plot, geeft je een mooie stabiele basis die je kan versterken met andere beloningsmodellen.
Zoals in de disclaimer reeds vermeld, ben ik me er terdege van bewust dat wat ik hier neerpen absoluut geen originele gedachte is. Mensen lezen om verschillende redenen en krijgen voldoening uit verschillende aspecten van een verhaal. Wie had dat gedacht!? Maar ik heb het nu voor mezelf geformuleerd op zo’n manier dat ik er persoonlijk wat mee kan tijdens mijn lezen en schrijven. Dit omdat ik het heb geformuleerd als een eigenschap van de tekst in plaats van (enkel) een eigenschap van de lezer. Ook heb ik het nu voor mezelf losgetrokken van het heikele en wat mij betreft grotendeels onproductieve discussiepunt van kwaliteit.
Nu moet ik voor mijzelf uitvogelen welke beloningssoorten passen bij mijn schrijfstijl, bij het soort verhalen dat ik wil en kan vertellen. Waar kan ik de lezer mee verleiden verder te lezen? Dat is een belangrijke vraag want het antwoord zal in grote mate bepalen wat de doelgroep van mijn verhalen is, als die überhaupt al bestaat. Om hier achter te komen zal ik eerst meer verhalen de weide wereld in moeten sturen en de feedback daarop analyseren. Nu ik dit aspect van verhalen voor mezelf concreet heb geformuleerd betekent ook dat ik anders moet kijken naar verhalen die ik persoonlijk niet goed vind. Als anderen er van genieten en ik kan niet duiden waarom zij er van genieten dan zie ik iets over het hoofd, dan is er een beloningsmodel waar ik me niet van bewust ben.
Annotaties:
1.
https://www.tzum.info/2018/04/nieuws-genomineerden-harland-award-boekprijs-voelen-zich-voor-lul-gezet-en-komen-niet-op-de-dag-van-het-fantastische-boek
2.
https://www.tzum.info/2018/07/recensie-philip-k-dick-elektrische-dromen/
Boeken vermeld in dit geneuzel:
Chambers, Becky, Record of a Spaceborn Few
Cixin, Liu, The Three-Body Problem
Dick, Philip K., Elektronische Dromen
Hulst, Auke, Slaap Zacht Johnny Idaho
Reve, Gerard, De Avonden
Stewart, George, De Aarde Blijft Altijd Bestaan